Proefschrift Bewogen Straten, over de foto’s van het oude Parijs door Charles Marville

Op woensdag 19 oktober 2022 zal ik bij de Rijksuniversiteit Groningen mijn proefschrift verdedigen. Hoe het Parijse stadsbestuur vanaf 1865 tot 1910 omging met foto’s van Parijs, in het bijzonder met de foto’s die Charles Marville (1813-1879) maakte van de straten die gesloopt zouden worden vanwege de modernisering door Haussmann en keizer Napoléon III, is het onderwerp van het proefschrift. In archieven, wereldtentoonstellingen en publicaties kregen de foto’s – ook voor huidige kijkers nog steeds prachtig en mysterieus – steeds een nieuwe betekenis. Over wat die betekenis was, en welke functie de foto’s hadden, gaat mijn onderzoek. Het is daarmee een case-study over de rol van fotografie in de negentiende eeuw. Historische nauwkeurigheid, wetenschappelijke objectiviteit en moderniteit waren daarbij voor de opdrachtgevers veel belangrijker dan de esthetische kwaliteiten. [Een mooie selectie van de foto’s is hier te zien – en vergeet vooral niet in te zoomen]

Ik deed onderzoek in veel Parijse archieven en bibliotheken, van de Bibliothèque Nationale de France en de Bibliothèque Historique de la Ville de Paris tot de Service Historique de la Défense, mede dankzij beurzen van de Deutsche Forschungsgemeinschaft (DFG), de Rijksuniversiteit Groningen en het Manfred & Hanna Heitingfonds, en onder begeleiding van Prof. dr. Herta Wolf, Prof. dr. Wessel Krul, Prof. dr. Ann-Sophie Lehmann en Dr. Rachel Esner.

Het proefschrift is vooralsnog in het Nederlands, in eigen beheer uitgegeven, vormgegeven door Bart Kraamer. Helaas zijn er op dit moment geen exemplaren meer voorradig, wel zal ik een wachtlijst beginnen, bij tien belangstellenden zal ik weer een serie laten drukken – graag daarvoor een mailtje aan jokedewolf [at] gmail.com

Meer informatie over het proefschrift en de verdediging is te vinden op deze pagina.

Avond rond Kafka’s tekeningen in Spui 25

Op 4 november 2021 was ik moderator bij een avond rond het verschijnen van de publicatie van alle tekeningen van Franz Kafka. Tot eind 2019 lagen die, als gevolg van onenigheid tussen erfgenamen en instituten, in een kluis in Zürich. Kafkakenner Andreas Kilcher en schrijver Arnon Grunberg vertelden er (in het Duits) over, en ik deelde (ook in het Duits) mijn ideeën vanuit kunsthistorisch perspectief. Het is allemaal hier terug te kijken en luisteren. En hier kunt u het boek bestellen.

Bijdrages aan de Groene Amsterdammer (selectie)

Ik heb de afgelopen twee jaar regelmatig geschreven voor De Groene Amsterdammer – en blijf dat met veel plezier doen – stukken die ik niet stuk voor stuk hier op deze site heb gedeeld. Hieronder een snelle (niet volledige) inhaalslag.

Ik schreef over de foto’s van de Archives de la Planète van Albert Kahn, waarvan in het Allard Pierson Museum uitvergrotingen te zien waren. ‘Het is jammer dat de in Nederland gemaakte foto’s uit de Archives de la planète niet in de tentoonstelling hangen, gelukkig zijn ze wel online te bekijken.’ Dat kan hier

Ik schreef over de ‘vergeten’ kunstenaar Gabriële Münter, aan wie in Keulen een tentoonstelling werd gewijd. ‘Malweiber’ werden ze genoemd, schilderwijven, vrouwen die zo nodig ook iets artistieks moesten doen. Ook Münter zou later door haar buren in Beieren zo worden genoemd, maar vanaf het begin deed ze haar uiterste best te laten zien dat ze meer kon dan decoratieve landschapjes schilderen, ze was ambitieus en wilde een goede opleiding. Kandinsky was de eerste leraar die haar talent erkende. ‘Een hopeloze leerling – ik kan je niets meer leren’, schreef hij haar.

Ik schreef over het werk van Shirin Neshat, waarvan in Den Haag in het GEM een kleine tentoonstelling was te zien, eentje die iets te veel leunde op haar oude werk en daardoor de balans kunstmatig verstoorde.

Continue reading Bijdrages aan de Groene Amsterdammer (selectie)

Peggy, Nelly en De Stijl

Verschenen in Trouw, 28 november 2017

Het De Stijljaar is bijna voorbij. Op het nippertje is er aandacht voor de vrouwen van beweging, in het bijzonder één: Nelly van Doesburg, weduwe van Theo. Zonder haar en een haar vriendin Peggy Guggenheim was er waarschijnlijk nooit een De Stijl-jaar geweest.

Bij Van Doesburg, Mondriaan, Van der Leck, Húszar, Oud en Rietveld zijn voornamen overbodig. De Stijl lijkt een mannenbeweging, in 1917 begonnen zíj het tijdschrift waarmee ze hun radicale ideeën over kunst en de samenleving de wereld in brachten. Hun echtgenotes deden het huishouden, zo was lange tijd het idee. Continue reading Peggy, Nelly en De Stijl

Pierre Janssen: Idealist of standwerker?

Pierre Janssen in ‘Kunstgrepen’, ca. 1960

Pierre Janssen maakte met zijn tv-programma ‘Kunstgrepen’ een hele generatie Nederlanders vertrouwd met kunst. In een biografie, een documentaire en twee exposities komen ook zijn andere kanten naar voren.

(gepubliceerd in Trouw, 18 april 2017)

De naam Pierre Janssen is als die van Theo Koomen en G.B.J. Hiltermann. Spreek hem uit, en omstanders vanaf een bepaalde leeftijd komen in een melancholische stemming. Ze roepen eerst ‘ach!’, of ‘oh!’, en beginnen dan te praten over persoonlijke herinneringen aan de man in kwestie. Bij Janssen zijn dat vaak diens grote trillende handen en avonden met het hele gezin voor de televisie. En hoe hij mensen, gewóne mensen, enthousiast kon maken voor kunst. Continue reading Pierre Janssen: Idealist of standwerker?

Marie Darrieussecq: ‘Niets zoetelijks, niets heiligs, niets erotisch: een ander soort wellust’

Boek van de week: ‘Hier zijn is heerlijk’. Biograaf Marie Darrieussecq raakte gefascineerd door Paula Modersohn-Becker en schreef een boek over de Duitse kunstschilder.

(gepubliceerd in Trouw, 8 april 2017)

Het eerste werk dat ze van haar zag, flitste bij toeval voorbij. Schrijfster Marie Darrieussecq noemt het zelf een spambericht, de aankondiging voor een psychoanalytisch seminar over moederschap in 2010, waar een kleine afbeelding bij zat. Een schilderij van een moeder met kind. Na het de borst te hebben gegeven ligt ze in de comfortabele houding die Darrieussecq uit eigen ervaring kende maar nooit op schilderijen zag. “Niets zoetelijks, niets heiligs, niets erotisch: een ander soort wellust. Immens.” Continue reading Marie Darrieussecq: ‘Niets zoetelijks, niets heiligs, niets erotisch: een ander soort wellust’

John Berger (1926-2017)

Still uit Ways of Seeing, 1972, BBC

(gepubliceerd in Trouw, 4 januari 2017) John Berger keek de televisiekijker recht in de ogen, bij zijn televiserie ‘Ways of seeing’ uit 1972. Niet uit arrogantie of brutaliteit, maar omdat hij het liefst met iedere kijker in gesprek was gegaan. Het boek dat hij maakte bij de serie – in het Nederlands vertaald als Anders zien – geldt als een klassieker, de serie is inmiddels online te bekijken.
Continue reading John Berger (1926-2017)