Martin Kippenberger: een levende komma

Verschenen in Trouw, 13 april 2013
Verschenen in Trouw, 13 april 2013

Kunstenaar Martin Kippenberger (1953-1997) had een kort maar op alle fronten intensief leven. In Berlijn viert een tentoonstelling zijn zestigste verjaardag. Een hommage aan een leven lang zoeken naar erkenning

Op zijn visitekaartje stond ‘Martin Kippenberger. Geen bankrekening, geen telefoon’. Geld had hij liever in de hand, en als je hem wilde spreken, moest je maar langskomen. Maar waar? Zijn tekeningen maakte hij het liefst op het briefpapier van de hotels waar hij logeerde. Soms betaalde hij met die velletjes ook de rekening, soms werd die betaald door de galerie die hem uitnodigde. De Duitse kunstenaar verhuisde als twintiger vanuit het Ruhrgebied naar Berlijn, had vanaf 1980 soms Keulen als thuisbasis, soms Hamburg, soms ook Parijs of Tenerife. In 1997 overleed hij, op 44 jarige leeftijd, in Wenen.

Martin Kippenberger was een ongrijpbare kunstenaar, steeds op zoek naar zichzelf. En naar erkenning van anderen. ‘Einer von Euch, unter Euch, mit Euch’ was zijn levensmotto. Hij maakte veel zelfportretten, gebruikte zijn achternaam als merk, zijn pasfoto als postzegel. In de biografie over haar broer noemt zijn zus Suzanne hem ‘verzamelaar, schilder, impressario, museumdirekteur, graficus, verkoper, fotograaf, opschepper, leraar en stripper, anarchist en gentleman’. Kan het veelzijdiger?

Zijn ongrijpbaarheid heeft hem zijn leven lang tegengewerkt. Als persoon, maar ook als beeldend kunstenaar. Duitse musea waren nauwelijks in hem geïnteresseerd.

Pas jaren na zijn dood kwam de erkenning. Het Berlijnse museum Hamburger Bahnhof viert postuum zijn zestigste verjaardag met een grote tentoonstelling. Talloze schilderijen en tekeningen, installaties, tientallen posters voor tentoonstellingen en happenings, schetsen, foto’s, video’s en teksten zijn er te zien. Een herkenbare teken- of schilderstijl heeft hij niet gehad. Grote meesterwerken? Ook al niet gemaakt. Toch liet Kippenberger een aangrijpend levenswerk achter. De tentoonstelling is een zelfportret van een mens die zo veel wilde en kon, elk moment van het leven vierde, maar er ook mee worstelde. En er prachtig de draak mee kon steken. Uitgeblust ging hij aan de alcohol ten onder, hij overleed aan leverkanker en levercirrose. Dat weten wij nu, en het lijkt wel of de kunstenaar zich al vroeg besefte dat zijn leven kort zou zijn.

Kippenberger kon schilderen. Dat zie je in de schilderijenserie ‘Uno di voi, un Tedesco in Firenze’ (Een van jullie, een Duitser in Florence). Zijn poging om in Italië door te breken als acteur, mislukte, en zo kwam de jonge kunstenaar tot het schilderen van kleine zwart-wit-schilderijen. Details van affiches, kunstwerken, etalages en portretten vormen een collage van de blik van de jonge Duitser. Verderop grote schilderijen, zoals het monumentale zelfportret voor de Muur, uit 1981: met hoed, nonchalant poserend naast de affiches ter ere van 30 jaar DDR. Kippenberger had geen politieke standpunten die hij wilde overbrengen, maar hij gebruikte ze wel. Zoals bij het – ook al – nonchalant geschilderde ‘Ich kann beim besten Willen kein Hakenkreuz entdecken’. Het lijkt een cubistisch schilderij, met – inderdaad – wel veel hoeken en vormen, maar geen hakenkruis. Het is een dikke knipoog naar de krampachtige politiek correcte houding in Duitsland tegenover het eigen verleden.

Provoceren, dat deed hij graag. Regelmatig kleedde hij zich in een kroeg uit tot op z’n witte onderbroek – een verwijzing naar zijn held Picasso. Absurde onderwerpen, zoals het schilderij ‘Tote Frau wie Taubenscheisse’ – een wit vrouwenlichaam ligt als een hoopje duivenpoep op het doek. Affiches – kunstwerkjes op zich – verwijzen naar absurdistische optredens, waarbij hij zichzelf en het kunstenaarswereldje steeds weer op de hak nam.

Die optredens waren eenmalig en dus lastig te tonen, maar een modern werk van de Amerikaanse kunstenares Andrea Fraser haalt die legendarische gebeurtenissen prachtig naar voren. Fraser maakte in 2001 de video ‘Kunst muss hängen’, waarbij ze de speech die Kippenberger bij een van die evenementen heeft uitgesproken, woord voor woord herhaalt. Duidelijk aangeschoten, met een biertje in de hand, staat ‘Kippenberger’ voor een egaal grijs schilderij en spreekt een denkbeeldige menigte toe. Het is blij vlagen hilarisch, hoe hij van de hak op de tak springt, grote en kleine thema’s met elkaar verbindt. Met dubbele tong:’Dit schilderij is niet alleen wit, maar… ook grijs.’

Aan het eind van de tentoonstelling staat een blikje bier in een vitrine. Het is Schlösser Altbier, Kippenberger had er altijd eentje binnen handbereik. Het gevecht tegen zijn alcoholisme en de Weltschmerz werd zwaarder in zijn laatste jaren. Een serie schilderijen waarop hij zichzelf neerzet als passagier op het vlot van de ‘Médusa’, van Géricault, toont een kwetsbare man in doodsstrijd.

Kippenberger heeft, ondanks zijn beruchte nachtleven, onvoorstelbaar veel gedaan. ‘Martin maakte kunst sneller dan je kon kijken’, schrijft zijn zus. Daarnaast was hij directeur van eenmanszaakjes, bestierde hij galeries, had hij zelfs even een bar. ‘Hij deed alles om geld te verdienen. Niet vanwege de rijkdom, maar vanwege de erkenning, de status.’ Maar het lukte hem hem niet om in Duitsland erkend te worden. Pas aan het eind van zijn leven was hij bij de grote kunstmanifestaties. Zijn knielende, of ‘dronken’ lantaarnpaal- stond op de Documenta in Kassel in 1992. Niet dat hij was uitgenodigd, hij had zijn werk, als een vroege Banksy, er simpelweg neergezet.

Zelf vatte hij zijn leven misschien nog wel het beste samen in een gedicht. De laatste strofe: ‘Klagt nicht Freunde! Macht weiter/ Auch wenn es mal nicht so funkt./Besser ein lebendes Komma/Als ein toter Punkt.’ Een dode punt is Kippenberger ook nu, gelukkig, nog steeds niet.

 Martin Kippenberger: sehr gut – very good. Museum Hamburger Bahnhof in Berlijn, t/m 18 augustus. www.hamburgerbahnhof.de


Posted

in

by