
Gepubliceerd in Trouw, 27 juni 2018
Oostende, de Belgische ‘koningin der badsteden’, wil meer internationale bezoekers trekken met de erfenis van zijn bekendste kunstenaar, James Ensor. Een jaar lang zijn zijn schilderijen weer thuis, in het Oostendse MuZee.
De meeste internationale toeristen in de trein van Gent naar Oostende stappen uit in Brugge. Dat pittoreske middeleeuwse stadje bezwijkt bijna onder de cultuurtoeristen, Oostende moet het hebben van de strand- en plezierzoekers. Het Oostendse station, slechts een kwartier verderop, wordt rigoureus gemoderniseerd. Het lijkt of bakstenen hier losser liggen dan elders, want het casino met concertzaal, hier kursaal genoemd, is sinds 1850 al drie keer opnieuw neergezet en aan de boulevard wisselen oude en nieuwe gebouwen elkaar willekeurig af. Veel vervallen grandeur wacht dichtgetimmerd op een grondige renovatie. Je zou Oostende het paradijs voor melancholici kunnen noemen, maar schilderachtig is de badplaats al lang niet meer.