Gepubliceerd in Trouw, 6 september 2012
Fotofestival Noorderlicht blijft met het thema ‘Terra Cognita’ op bekend terrein. Zelden komen inzendingen boven het maaiveld uit.
Als bij een legpuzzel zocht Hiroyuki Masuyama met zijn fotocamera de stukjes van de schilderijen van Caspar David Friedrich en J.M.W. Turner bij elkaar, kriskras door Europa. De landschappen van de negentiende-eeuwse kunstenaars zijn wereldberoemd: ze ver- beelden het sublieme, de onbeschrijfelijke gevoelens van nietigheid tegenover de machtige natuur. In de presentatie van het werk van Masuyama bij het fotofestival Noorderlicht worden de meesterwerken kitscherige plaatjes zonder diepte: een persi- flage. En dat ligt niet aan de fotograaf zelf.
Het is natuurlijk ook lastig. De organisatie wil zoveel mogelijk mooie foto’s laten zien, laagdrempelig zijn, en een thema kiezen waar veel fotografen wat mee kunnen. En het Fries Museum is dit jaar gesloten wegens verbouwing. Het festival, dat afwisselend in Groningen en Friesland plaatsvindt, moest op zoek naar een andere hoofdlocatie. Museum Belvédère in Heerenveen bood al zijn ruimte aan, op voorwaarde dat ‘het Friese landschap’ bij het festival zou aansluiten.
In 2010 was het thema ‘Land’, over het leven op het platteland in een tijd van verstedelijking, en vorig jaar ‘het leven in de grote stad’. Dit jaar werd het ‘Terra cognita’, volgens de organisatie een thema waarmee fotografen hun ervaring van de natuur in beeld brengen. De tentoonstelling blijft dus op ‘bekend terrein’ – niet zo handig als je uit Den Haag hoort dat je niet vernieuwend bent. En er waren al zo veel andere fotofestivals rond het landschap dit jaar.
Gelukkig zijn er interessante inzendingen. Neem bijvoorbeeld ‘The Hunted’ van de Amerikaanse fotograaf Yasser Aggour. Hij bewerkte foto’s van jagers die triomfantelijk met hun vangst poseren: we zien alleen het gewonde dier in de omgeving. Een direct en aangrijpend beeld.
Of de drie prachtige beelden van Margharita Cesaretti. ‘Erbario’ heet het. Bijna abstracte contactafdrukken van bloemen. Maar welke? ‘Ze maakte een fotografisch herbarium met behulp van verschillende technieken, van glasnegatieven tot digitale fotografie’, vertelt het informatiekaartje. Die tekst staat ook in de catalogus. Informatie over de titels of onderwerpen van de afzonderlijke foto’s, afmetingen, techniek, krijgt de bezoeker niet. Bovendien hangen de foto’s van Cesaretti buiten, ze zijn gedrukt op waterbestendig plastic. In zo’n presentatie worden het printjes van plaatjes, in plaats van volwaardige foto’s. En komen de inzendingen zelden boven het maaiveld uit.
Naast Belvédère zijn er nog andere locaties in Zuidwest-Friesland. Een algemeen festivalkaartje is er niet, je moet dus steeds opnieuw entree betalen voor de musea, de galeries zijn wel gratis. Wie de kerkenroute wil volgen moet eerst naar een van de musea. Daar ligt voor een euro een boekje waarin de adressen van de kerken staan.
Een gouden greep: zo kom je niet alleen op prachtige plekken, maar krijg je ook de ruimte om een project beter te doorgronden. Bijvoorbeeld in de Hervormde kerk van Korte- zwaag bij Gorredijk. Daar hangt het werk van Maarten de Kok, ‘Secret science’. Foto’s van een weiland, gemaakt in het schemerdonker. Een ‘Noordeuropese universiteit’ doet daar onderzoek naar het gedrag van muizen, die daar afgeschermd van roofdieren en -vogels leven. Uit angst voor dierenactivisten gaat dat in het diepste geheim. Het levert prachtige foto’s op die van het ‘mens in de natuur’-thema een extra dimensie geven. En de kerk ligt prachtig tussen de weilanden.
Leave a Reply
You must be logged in to post a comment.